vrijdag 31 oktober 2014

van bourree tot wals

Al 14 jaar, dag en nacht, zijn jij en ik samen wij.
Al 14 jaar - dat is maar een beetje minder dan de helft van mijn leven - ben jij een deel van mij.

14 jaar geleden dansten we voetje voor voetje naar elkaar toe.
Naar elkaar - van elkaar - rond elkaar - van elkaar - naar elkaar.
We dansten bourree na bourree.

Onder de maan in sikkel 
Boven de zonnegloed
Op toermalijnen krachten 
Leven door eb en vloed

Tussen de vaste sterren 
Zweven we deinen vrij
Alles is in beweging
Sterrenstof dat zijn wij

Door deze poort naar buiten
Schreeuwen materie toe
Onder de broze hemel
Vallen mijn ogen toe

Handen die water kneden 
Adem die water wekt 
Doorheen seizoenen zoenen 
jij die de ruimte schept
(Dag en nacht - Fluxus, N.O.Ë) http://www.shazam.com/discover/track/75705621

14 jaar geleden, op 31 oktober, waagden we ons aan de wals
1-2-3, 1-2-3    1-2-3, 1-2-3

Liefste, 
ik wals je nog steeds. 

xxx



vrijdag 24 oktober 2014

Een warme oproep...

'Vlaanderen zoekt 300 nieuwe pleeggezinnen' las ik vandaag in de De Standaard, naar aanleiding van de Week van de Pleegzorg van 14 tot 23 november. Naar aanleiding daarvan wil ik - als pleegmama - daar ook graag iets over zeggen. 

Ik heb altijd gevonden dat je pleegzorg alleen moet doen als je er echt van overtuigd bent en je echt plaats wil maken ervoor in je leven. Want neem het van mij aan, het vergt veel tijd en energie. Het vergt zelfs een stukje van je leven. Ik ga dus nooit proberen mensen te overtuigen om voor pleegzorg te kiezen.
Maar...wat mij trof in het artikel is dat er 300 baby's, peuters en kleuters nood hebben aan een pleeggezin, en er 800 gezinnen wachten op een adoptiekind. 
"Waarom willen veel mensen wel adoptieouder zijn, maar geen pleegouder?" is de eerste vraag die dan bij me opkomt. 
En die vraag link ik met een opmerking die wij vaak horen: "zal het niet moeilijk zijn als je het pleegkind terug moet afstaan?"
Ja, stel dat het ooit zo ver komt, dan zal dat zeker moeilijk zijn. Maar hadden we het daarom niet moeten doen? Hadden we een kind dat nood had aan een warm gezin, niet moeten helpen omdat de kans bestaat dat ze ooit terug naar haar eigen gezin gaat? Wij hebben voor pleegzorg gekozen omdat we ervan overtuigd zijn dat we zo een kind kunnen helpen. Niet voor pleegzorg kiezen omdat het misschien ooit hard zal zijn als het kind weer naar zijn eigen ouders gaat vind ik een rare redenering.

De link die ik leg is misschien wat kort door de bocht. Ik wil geen oordeel vellen over kandidaat adoptieouders. Elk heeft zijn eigen verhaal en zijn eigen beweegredenen. En zoals ik al zei, je moet niet aan pleegzorg beginnen als je niet echt overtuigd bent.

Maar ik wil voor één keer wel een warme oproep doen:
Neem hier eens een kijkje:
En denk er eens over...

zondag 28 september 2014

Xx of xy?

'En wat zal het worden?' is momenteel de standaard openingszin om mij aan te spreken. (Na: 'voor wanneer is't' of 'krijg je nog eentje?')
Het geslacht is blijkbaar een belangrijk gegeven als je zwanger bent.
Anderen proberen het zelf via de kinderen. 'Krijg je een broertje of een zusje?'. Waarop de #3jarige een tijd antwoordde met "een broertje en een zusje".  Maar neen mensen het wordt geen tweeling, ze mist gewoon tussen 'en' en 'of'.

Het is echt niet de vraag die mij bezig houdt. Ik weet het dan ook niet.
En heb het bij geen een van de kinderen geweten. Ik ben van nature wel nieuwsgierig. Maar het geslacht prikkelt mijn nieuwsgierigheid niet.
Ik kan lekker fantaseren over hoe ons gezin XL er zal uitzien. Met een klein meisje erbij. Of een kleine jongen. Maar het ene meisje is het andere niet en het ene jongetje het andere niet. Dus het geslacht speelt daarin geen rol.
Ik ben veel nieuwsgieriger naar hoe dat kleine leventje zal zijn. Een rustige baby? Of eentje die veel gepakt wil worden? Een beetje nerveus? Of liever wat gerust gelaten? En hoe zullen de andere kinderen reageren. Welk plekje zal dit nieuwe leventje opeisen in ons gezin en hoe?
Daar ben ik nieuwsgierig naar....

En al die praktische bezwaren? Een naam? En de kleertjes? En de kleur van de babykamer? En het kaartje?
Ik ben niet zo blauw/roos. Geef mij maar oranje ☺

Bovendien, het moment waarop ik tijdens de geboortes met eigen ogen het geslacht van mij baby kon vaststellen, was telkens een heel bijzonder moment. Daarop wil ik gerust 9 maanden wachten.

Wees met zijn allen nog maar 9 weken nieuwsgierig, ik ga nog wat dromen.

maandag 16 juni 2014

Over kolonialisme...en leren tellen. En ook een beetje over de KVS.

K., ons pleegkind is van Afrikaanse origine. ( ja ik weet het, Afrika is groot, maar uit respect voor haar privacy ga ik hier niet dieper in detail) Het is soms grappig, maar meestal confronterend en soms zelfs grof welke associaties mensen maken als ze haar zien temidden van ons blond gezin.

Toen ze nog een klein schattig meisje was wilden veel mensen eens 'voelen' aan dat 'ander' kindje. Eens aan dat velletje en eens aan die haartjes. En dat deden ze zonder ook maar aan ons of aan het meisje te vragen of we dat ok vonden.

We krijgen ook steevast de vraag: 'en van waar komt ze?'
En als ik dan antwoord 'van De Panne' kijken ze me met een zo een verongelijkte blik van 'je weet goed genoeg dat ik dat niet bedoel'. Maar echt hoor, ze is hier geboren.

Dit weekend kwam ik echter weer een sterk staaltje kolonialistisch denken tegen.
Ik was op de rommelmarkt met mijn kroost, en ze mochten elk een speelgoedje kiezen. We vonden een mooi springtouw voor K., 1 euro. Ik gaf haar een briefje van 5 euro waarmee ze kon betalen en leerde haar ondertussen omgaan met wisselgeld. 'Hoeveel moet je terugkrijgen?'.  - Ja ik ben zo'n mama die opvoeden soms ongelooflijk serieus neemt -. Waarna ik de vraag kreeg van de mevrouw aan het kraampje:

'is ze ier nog nie lange tè? Da ze nog moe ler'n tel'n.'

Neen mevrouw, ik leer haar omgaan met wisselgeld.

Dus het feit dat ze leert omgaan met geld wil blijkbaar zeggen dat ze uit een hutje uit de brousse komt waar ze nog niet heeft leren tellen. Ik dacht dat het normaal was voor kinderen uit het 1e leerjaar dat ze dat nog moeten oefenen....

Zucht, we hebben nog zo'n lange weg af te leggen. Die kolonialistische kijk (en waar ligt de lijn met een racistische kijk?) zit blijkbaar nog diep ingebakken in onze Vlaamse Klei. We hebben nog een lange weg af te leggen voor onze samenleving een kijk op multiculturaliteit zal hebben zoals de KVS  http://www.kvs.be/nl/focus/waarom-de-kvs-de-samenwerking-met-de-morgen-stopzet

zondag 8 juni 2014

Een bovenste beste kerel!

Op de lenteCD van Kapitein Winokio staat het papalied. Joepie, nu kunnen de kindjes luidkeels over hun bovenste beste papa zingen.
Maar helaas, wij herkennen onze papa niet helemaal in het lied. Luister zelf maar eens
https://m.soundcloud.com/kapitein-winokio/het-papalied-de-lente-van-kapitein-winokio-boekcd

Onze papa is niet de grootste klusser en de stoerste kerel. Maar hij is wel de beste papa die ik voor mijn kindjes kon wensen. Daarom, speciaal voor hem, heb ik de tekst een beetje herschreven. De kinderen en ik brachten het daarnet live voor onze speciale gast: de PAPA.

Het papalied ( naar Kapitein Winokio)

Wie is de liefste papa van de wereld?
Papa, papa!
Wie is een bovenste beste kerel?
Papa, papa!
Wie rijdt het liefst met zijn zeilwagen?
Papa, papa!
Wie helpt mama alle dagen?
Mijn papa!

Wie doet alle computerklussen?
Papa, papa!
Wie kan het beste mama kussen?
Papa, papa!
Wie gaat er graag een toertje lopen?
Papa, papa!
Wie legt de allerbeste knopen?
Mijn papa!

Wie bakt de lekkerste broden?
Papa, papa!
Wie lust de speciaalste bieren?
Papa, papa!
Wie zit er 't allerlangste op de wc?
Papa, papa!
Wie speelt het liefst een spelletje mee?
Mijn papa!

Mijn papa is de liefste,
De stoerste op de baan
Maar toen ik  geboren werd
Liet hij een papatraan

(Een bewerking van Zeemeermieke)


donderdag 22 mei 2014

Zandkasteel

Al 6 jaar bouwen wij aan een zandkasteel.
Emmer per emmer, 
schep per schep,
korrel per korrel.

Telkens ons zandkasteel wat vorm heeft,
schuiven de korrels naar beneden
soms zakt het zandkasteel in.
Maar we bouwen verder. 
Schep per schep,
korrel per korrel.

Soms komt een te enthousiast kind
en trapt het zandkasteel helemaal plat.
Woede en verbijstering spelen ons dan parten.
Maar we beginnen opnieuw, 
korrel per korrel.

Nu komt het water op.
We hopen op een team zandkasteelversterkers,
die de fundamenten van ons zandkasteel kunnen versterken.
En ons wat rust kunnen gunnen.
Helaas zijn er veel kapotte zandkastelen, 
en dus een lange wachtlijst voor de zandkasteelversterkers. 

Komt dan nu gewoon de grote golf?


Uit het hart van een pleegmama. (en ook dat van een pleegpapa –denk ik)

maandag 19 mei 2014

Een plaatsje.

5 witte rozen vormden mijn moederdagsboeket.




5 jasjes passen aan onze kapstok.


In ons huis is -mits wat opruimen- nog wat plaats.

Zelfs in onze auto is nog een plekje vrij.



Maar vooral in ons hart is nog veel plaats.

En in mijn buik...zoekt zich ook al eentje meer en meer plaats.



Eind november krijgen onze kindjes er een broertje of een zusje bij!!!


En aan alle roddeltantes, 
alle 'en, is het gepland?'-vragers 
en alle milieuridders die vinden dat wij hiermee het gat in de ozonlaag vergroten 



dinsdag 29 april 2014

Ongeduld.

Het zat nog  niet direct in mijn hoofd. Maar zit duidelijk wel al in dat van mijn kinderen.

Moedertjesdag komt eraan.

Al een week lang wordt mij op tijd en stond duidelijk gemaakt dat er iets op til is. Hilke verklapte me op school al wat ze net gemaakt had en toonde me ook waar juf het gezet had om te drogen.
Ik kneep mijn ogen even dicht.
Torben gebaart van niets, maar polste toch al eens bij zijn papa wanneer het nu moedertjesdag is.
'Het is iets mooi en ook leuk', verklapt K. me.
Ik sloot mijn oren maar wat af.

Maar Pjotr zit het meest vol ongeduld. Hij vroeg al meerdere keren wanneer moedertjesdag nu precies is. En omdat hem dat nog net iets te ver af is, maakte hij een tekening in de klas, pakte het in in krantenpapier met veeel plakband en verstopte het - zoals het hoort - bij thuiskomst. Tijdens het boekjesmoment deze avond werd de spanning hem te veel (hij zat dan ook net naast het verstopte goed) en haalde hij het pakje boven.


  • 'Is het niet wat te vroeg voor je pakje?'
    • 'Nee, nee, dit is voor nu.'
  • 'En waarom?'
    • 'Omdat ik mijn mama heel graag zie'

Een prachtige tekening van mijn jongen met tekenvrees. Uit schrik om iets niet mooi te tekenen, tekent hij meestal niets. 

Groetjes van een mama met gesmolten hart. 


vrijdag 21 februari 2014

Na 31 jaren in dit leven...

Serieus vind ik dat klinken, 31 jaar. Een-en-dertig. En eigenlijk is het ook wel serieus.
Het is werken, voor de kinderen zorgen (of is het omgekeerd), het huishouden beredderen, mijn liefste lief hebben.  Het zijn kleine zorgen en grotere zorgen. Ik kan gelukkig zeggen dat ik van echt grote zorgen gespaard ben.

Ben ik gelukkig met dit leven?
Ik denk het wel ja. Ik doe mijn werk graag en voel me gewaardeerd voor wat ik doe. Ik heb ook het gevoel dat ik het elke dag iets beter doe.
Ik hou van mijn kinderen. Ze doen me lachen...en soms ook huilen. Ik bewonder ze en mopper soms op ze. Ze geven me knuffels, wijze vragen of een helpende hand, ik kan een trotse mama zijn.  Ook K., hoe moeilijk het ook is, ik ben blij dat ze bij ons een thuis heeft. Ze houdt me vaak een spiegel voor, ik mag haar dankbaar zijn voor wat ze me al geleerd heeft.
Het huishouden, ja, dat is er nu eenmaal. Dat is niet mijn bepaald mijn hobby. Maar ik vind het leuk om er een 'thuis' van te maken. Ik kan het eigenlijk nog altijd niet geloven, dat dat kleine meisje dat ik ooit was (en nog steeds een beetje ben) nu een huis heeft te onderhouden met 4 kinderen in.
En mijn liefste, daar heb ik geen woorden voor. Daar ben ik nog steeds het gelukkigst mee. Mijn liefste geeft mij de kracht om al het voorgaande te realiseren. Hij geeft me warmte en vertrouwen.
En ja, ook bij ons gaat het soms moeilijk. Soms lopen we even naast elkaar elk met zijn eigen bekommernissen en dan nog de gedeelde er tussen in. Maar uiteindelijk sluiten we elkaar terug in de armen en knuffelen al die bekommernissen weg.

En toch, toch knaagt er wel eens iets in me. Toch mis ik soms iets.
Ik droom van reizen, niet ver, wel avontuurlijk. Rondtrekken, de pracht van de wereld in me opnemen, al wandelend tot rust komen.
Ik droom van een huis met een grotere tuin, met bomen om in te klimmen (voor de kinderen 😉). Ik droom van een leven zonder mijn auto, met de fiets naar het werk en de school en de winkel. Ik droom van een leven waar ik nog beter het evenwicht tussen werk en gezin kan vinden. Ik droom van schrijven, van creatief bezig zijn. Ook van meer buiten zijn, van te leven met de seizoenen op mijn huid. Ik droom van altijd-flinke-kinderen.
Ik droom.

Maar ik doe niet veel met mijn dromen. Ze botsen met mijn realiteit. Ze botsen met het werk dat ik nu graag doe. Ze botsen met het grote gezin waar ik voor gekozen heb. Ze botsen met de samenleving waarin ik leef. Ze botsen met mezelf.

En eigenlijk ben ik wel gelukkig.

En uit ervaring weet ik dat een warm gezin om me heen me meer waard is dan grootse dromen achterna te lopen.

En gelukkig maken mijn kinderen graag mopjes, zo valt dat serieus al eens door de mand.

donderdag 9 januari 2014

Het is 4 uur.

Het is 4 uur. 
Na een rustige middag vertrek ik naar school om de kinderen op te halen.
Verlangend om de verhalen te horen van alweer een dag op school.
Ja, ze zullen ook wel moe zijn. En dus misschien wat zeurderig.
Maar ik had toch een rustige middag hé, dus ik kan er wel even tegen. Hé.

Het is 4u30. 
Kind 1 zit te schreeuwen op zijn kamer. Boos omdat hij van mij zijn huiswerk fatsoenlijk moet maken en niet snel snel. Ook boos omdat ik hem zei dat hij de veters van zijn schoenen moet knopen. Of dat ik zijn schoenen weggeef aan een kindje dat er wel zorg voor draagt. Ja, ik ben nogal gesteld op respect.

Kind 2 is haar leesboek op school vergeten. En heeft er een hele uitleg voor.
Maar komt zelf op het idee om dan maar iets anders te lezen, wat een hele prestatie is voor haar!!!

Kind 3 ligt hier te snurken in de zetel.
Was hij nu al naar het toilet geweest?

Kind 4 heb ik bij thuiskomt in bed gedropt nadat ik ze van school tot huis al krijsend aan mijn hand heb voortgesleept. Ik wou ze wel even dragen, als ze maar stopte met huilen. Maar ze is soms een beetje koppig. En ik ook.

Het is kwart voor 5. 
Het is stil in huis.
De kleuters slapen. De boze jongen zit boos te wezen op zijn kamer.
Ik heb nog maar weinig verhalen gehoord over de dag op school.
Alleen van K., van wie ik meestal het minste te horen krijg.
Ze toont me een spelletje dat ze gemaakt heeft in de klas.
En dat gaan we nu spelen.

Want zo'n zeldzaam moment, waarop mijn andere kinderen even op de achtergrond verdwijnen en zij in een praatzame bui is, dat moet ik met beide handen grijpen.